Arts: Meeste mensen kunnen beter naar groenteboer dan apotheek
Bron: Algemeen Dagblad
Tienduizenden artsen moeten zich in hoog tempo laten bijspijkeren over de rol van voeding op de gezondheid. Voorzitter Tamara de Weijer (36) van Vereniging Arts en Voeding stelt dat miljoenen patiënten hun medicijnen erdoor kunnen laten staan.
U heeft het congres Arts en Voeding net achter de rug, over de relatie tussen je voeding, je darmen en je gezondheid. Wat sprak u aan?
“De belangstelling voor onze darmgezondheid groeit razendsnel. We weten nu dat veel medicijnen die we slikken onze darmbacteriën beïnvloeden. De samenstelling van de darmflora verandert door al die maagbeschermers, antidepressiva en bloeddrukverlagende middelen die we massaal gebruiken.
En het valt me op dat de relatie tussen ons brein en onze darmbacteriën sterker is dan we ooit gedacht hadden. Wat je eet bepaalt hoe je darmflora eruitziet. Tot op zekere hoogte speelt de darmgezondheid een rol in je geestelijke en lichamelijke gezondheid. Het bewijs stapelt zich op dat de bacteriesamenstelling verband houdt met autisme, obesitas, depressie en angststoornissen.”
Is er voldoende bewijs dat voeding zo’n grote rol speelt?
“We hebben bakken aan bewijs dat diabetes, hoge bloeddruk en hart- en vaatziekten met voeding valt terug te draaien. Alleen moeten we de onderzoeken wel lezen. We zijn zó ver afgedwaald van de wijsheid van Hippocrates en het oude China: voeding is als een medicijn. Terwijl de meest gestelde vraag in de spreekkamer van een arts is ‘dokter, wat kan ik zelf doen’? Artsen vergeten dat mensen in de regel liever geen pillen willen. Hooguit om achter de hand te houden.
Ik meen het uit de grond van mijn hart als ik zeg dat aanpassingen in onze leefstijl dé oplossing zijn. Begrijp me niet verkeerd, ik ben zeker niet tegen medicatie. Als mensen antibiotica nodig hebben, zeg ik niet: eet maar een wortel. Maar ik zie dat een op de twee Nederlanders te zwaar is. Dat een miljoen mensen diabetes type 2 heeft, 2 tot 3 miljoen chronische darmklachten heeft en 2 miljoen maagzuurremmers slikt, ondanks alle bijwerkingen. Ze hebben meer aan leefstijladvies dan aan medicatie. Artsen werken graag met wetenschappelijk bewijs, maar ik zeg: kijk zelf wat er gebeurt als je vier weken gezonder leeft. Ik ben zes jaar geleden anders gaan eten, viel af en had sinds vijftien jaar geen last meer van mijn prikkelbare darm. Ik ben er een blijere huisarts van geworden.”
Lopen cliënten straks met een boodschappenlijstje de spreekkamer uit?
“Ik hoop het. Het gros van de mensen kan beter naar de groenteboer of de versafdeling van de supermarkt dan naar de apotheek.”
Er zijn 9.000 huisartsen in ons land en 60.000 geregistreerde artsen. Op het congres laten 650 mensen zich bijspijkeren. Druppel op de gloeiende plaat?
“Dat gevoel heb ik niet. De vereniging is pas net begonnen. We merken dat de interesse onder zorgprofessionals zó enorm toeneemt. De consument dwingt ze ertoe: die wil advies van een arts. Het congres is ook niet het enige wat we doen. We werken er naartoe dat de zorg over tien jaar leefstijl als medicijn heeft geaccepteerd. Daarom zorgen we voor nascholingen en lezingen, we bouwen aan een kennisnetwerk, we zetten het op de agenda van opleidingen en zorgverzekeraars. We moeten alleen wat geduld hebben.”
Hoe komt het dat een huisarts maar 5 uur voedingsonderwijs in de opleiding krijgt en geen 200?
“Ik denk dat in mijn opleiding één procent aan leefstijl werd besteed. Terwijl de helft van mijn cliënten in de spreekkamer meer baat heeft bij leefstijladvies dan bij medicatie. Huisartsen blussen brandjes. Verandering is onwaarschijnlijk moeilijk: de opleiding zit hartstikke vol. Er moet iets uit voordat leefstijl erin kan. We moeten geduld hebben. Al mag een huisarts zich daar niet achter verschuilen.”
Wat zijn uw plannen?
“Wij moeten als de sodemieter artsen bijspijkeren. Zodat zij patiënten motiveren hun leefstijl te veranderen. We bouwen aan een community van artsen, tuinders, supermarkten en zorgverzekeraars. Als iedereen verantwoordelijkheid neemt, hoeven we niet met de vinger naar elkaar te wijzen: ‘Los jij het maar op’. Het is nu niemands domein te voorkomen dat mensen ziek worden van hun eetpatroon. Ik zou heel graag een specialisatie leefstijlgeneeskunde willen.”